Veel gerealiseerd, zien nieuwe uitdagingen met vertrouwen tegemoet
“Plato en het verval van de staat, wil de sterke leider nu opstaan” was de titel van een opiniërend stuk in het HD van 21 september. In dit stuk van politicoloog Gerard Drosterij wordt een verband gelegd tussen de ontwikkelingen die Plato in een democratische staat voorspelde en de recente roep, vooral uitgesproken door de media, om een sterke leider. Premier Rutte duidde er in verschillende spreekbeurten op dat de inwoners zelf verantwoordelijkheid moeten nemen voor hun omgeving, de overheid kan inwoners niet gelukkig maken, maar hooguit goed faciliteren. Deze liberale gedachten zijn in Bloemendaal al lang bekend. Iedereen heeft zijn eigen verantwoordelijkheid. De gemeente beschermt de zwakkeren, en beperkt zich tot die taken die gemeenschappelijk nuttig, noodzakelijk en effectief zijn.
Wat heeft de gemeente de afgelopen 5 jaar gepresteerd? Hier wil ik even bij stil staan en dit terugblikken geeft een basis voor de komende 4 jaar. Er zijn ook historische besluiten door de gemeente genomen, die reden zijn om even aan te halen. Allereerst is het nu 5 jaar geleden dat Bennebroek zich aansloot bij Bloemendaal. Volgens de enquête “Waar staat de gemeente” is dit voor de bewoners redelijk geruisloos gegaan. De dienstverlening is op orde en de kern van het opheffen van een zelfstandig Bennebroek, een tekort aan bestuurskracht, is geen onderwerp meer. Wie herinnert zich nog dat de gemeente Bennebroek alles met 38 ambtenaren moest doen, waarvan er maar 32 in vaste dienst waren en de rest als externen werd ingehuurd voor veel geld? Dat is allemaal voorbij. Gelukkig.
Er wordt nu volop geïnvesteerd in Bennebroek (scholen, riool, wegen), maar ook is met succes het Duinpolderweg project zo aangepast dat er nu een volwaardige studie wordt gedaan naar de nut en noodzaak van de weg en het beste tracé. Ook is het het vermelden waard dat alle bestemmingsplannen in de gemeente zijn vernieuwd voor de deadline van het Rijk. Begonnen is met de nieuwe structuurvisie en daaruit zijn de nieuwe bestemmingsplannen, nu per kern, afgeleid. Een conserverend beleid is afgesproken, “de parel van Kennemerland” willen we behouden zoals die is. Geen nieuwe bouwlocaties, behoud van de landgoederen en kwaliteit van de inrichting staat boven alles bij aanpassingen of vernieuwingen. Geïnvesteerd is daar waar nodig in schoolgebouwen, zodat op een moderne manier les kan worden gegeven, in sport om terreinen aan te passen en de jeugd te laten sporten, in verkeersaanpassingen om voor fietsers de veiligheid toe te laten nemen, in wegenonderhoud, in het rioolstelsel, om het geschikt te maken voor de steeds heviger wordende regenval in onze omgeving. Tegelijkertijd is er aan de andere kant bespaard door de gemeente op de uitgaven. Ca. 2.2 miljoen is bezuinigd, waar de bewoners weinig van gemerkt hebben. De belastingen zijn minimaal gestegen, alleen met de index.
Ook is er een oplossing gekomen voor de huisvesting van de ambtenaren. De organisatie gaat terug naar 1 pand, op deze plek, en door inschikken wordt 30% ruimte bespaard die niet hoeft te worden verwarmd, schoongemaakt, onderhouden, en waarvoor geen huismeester nodig is. Dit alles samen zorgt voor een besparing van ca. 400.000 euro per jaar. Het pand wordt zo gebouwd dat het toekomstvast is en het is – u gelooft het niet – straks zelfs kleiner dan het huidige pand. Bijzonder is dat de besluitvorming in 5 jaar is afgerond, de vorige raad die over dit onderwerp moest besluiten heeft er 50 jaar over gedaan! De VVD, als natuurlijke tegenstander van uitgaven door de overheid ten behoeve van zichzelf, heeft hierin gewikt en gewogen, alternatieven bekeken, en uiteindelijk gekozen voor een solide en sober plan. Inhoudelijk en financieel is het veruit het beste plan. Een plan dat bijdraagt aan de bezuinigingsopdracht.
Ook is er voortgang geboekt om de risicovolle grondposities van de gemeente terug te brengen. De verkoop van het terrein Haringbuys gaat voorspoedig, hiermee wordt de kas van de gemeente in 2014 weer aangevuld, en er is enige voortgang in het project Marinehospitaal. De goede “onroerend goed” tijden van 2005-2007 zijn voorbij en de gemeente zal in dit laatste project niet haar geplande opbrengst kunnen realiseren. Daarvoor is een reserveringspotje gemaakt van 2,2 miljoen en we zullen zien of dit genoeg is. Inmiddels is door de raad besloten dat de gemeente een passieve grondpolitiek zal bedrijven en daarmee is afgesproken dat dit soort projecten eigenlijk niet meer vanuit de gemeente zullen worden geïnitieerd. Dus geen nieuwe, langdurige ontwikkelprojecten, waarbij de gemeente zich in grondposities begeeft en risico’s loopt met gemeenschapsgeld. Wij complimenteren het college met de uitvoering van bijna het volledige college programma en het daarbij behorende sobere financiële beleid. We kunnen dan ook instemmen met de begroting voor 2014.
In zoverre het verleden en het heden. De komende jaren zal er opnieuw druk komen te liggen op de financiën van de gemeente. Het Rijk bezuinigt verder; recent is er in Den Haag overeenstemming bereikt over 6 miljard, en dat zal zich ook vertalen naar onze gemeente. Voor de jaren 2015 e.v. zullen we opnieuw moeten bezuinigen met 1 miljoen per jaar op de lopende, structurele begroting. Hierin zit dan al wel de toenemende verantwoordelijkheid van de gemeente voor jeugdzorg, AWBZ overheveling en de Participatie-wetgeving. De bezuiniging zal opnieuw moeten komen uit de eigen kosten van de gemeente. Het kan niet zo zijn dat Rijksbezuinigingen doorwerken in een lokale belastingverhoging voor de bewoners. 2 Jaar geleden heeft de raad ook gezamenlijk geopereerd in de toenmalige bezuinigingsronde en de VVD ziet dat ook nu weer als marsroute om de volgende stap in de bezuinigingen te realiseren. Gemakkelijk zal het niet zijn, de keuzes die gaan komen, zullen de bewoners gaan merken.
Wij zien mogelijkheden voor verdere efficiency van de gemeente. Samenwerken met andere gemeenten moet leiden tot kwaliteitsverbetering maar ook tot kostenbesparing. Ons valt op dat dit in beleidsstukken weinig wordt geadresseerd – alleen als je goed tussen de regels door leest zie je hiervoor enkele aanknopingspunten. Het niet expliciet maken van deze doelstelling is tactisch wellicht handig bij het praten over samenwerking, maar geeft de organisatie ook geen ruimte om na te denken hoe zaken slimmer en efficiënter kunnen worden uitgevoerd. Wij vertrouwen erop dat de ambtenaren zelf kunnen komen met voorstellen voor besparen, ook al zijn ze daarvan zelf een onderdeel. Ook zien we nog mogelijkheden voor besparingen in huisvesting. Een aantal organisaties die direct zijn gekoppeld aan de dienstverlening van de gemeente kunnen in de toekomst prima worden ondergebracht in het nieuwe gemeentehuis. De receptie is zeer toegankelijk, er zijn flexplekken, er is vergaderruimte, waarom zouden we niet alles concentreren op 1 plek?
Echte besparingen kunnen alleen als de gemeente minder taken gaat uitvoeren. De keuzes die hierin gemaakt zullen worden, hebben onherroepelijk effect op de inwoners. Nu zijn we nog verwend, voor alles wat niet gelijk is geregeld kijken we de gemeente aan. De gemeente als “alles-oplosser en -kunner”. Een brede discussie met de inwoners is wat ons betreft gewenst om deze veranderingen te bespreken en gezamenlijk naar oplossingen te zoeken. De bezuinigingen voor 2015 moeten eigenlijk in de 2e helft van 2014 al worden doorgevoerd en wij stellen ons voor dat voorstellen daartoe gelijk met de Voorjaarsnota 2014 zullen worden behandeld. De nieuwe raadsleden hebben dan al kunnen participeren. Vraag aan het college is of we ons aan het eind van dit jaar al over de bezuinigingsvoorstellen kunnen buigen.
De afgelopen 5 jaren waren samengevat enerverend, met veel mooie besluiten, met een goede samenwerking in de coalitie en dualistisch met het college, en op de voet gevolgd door een scherpe maar soms gelukkig ook coöperatieve oppositie, maar ook met mindere momenten, waaronder een persoonlijk leermoment, maar bovenal ook met plezier. Ik dank iedereen daarvoor hartelijk. Een nieuwe periode komt eraan waarin consolidatie van ruimtelijk beleid plaats gaat vinden, nieuwe uitdagingen op het pad komen door vooral toenemende taken in de zorg, en de financiën op orde moeten blijven door voorzichtig te opereren.
In reflexie op de discussie van een jaar geleden, dat gemeenten zouden moeten fuseren tot 100.000 inwoners, is het duidelijk dat de gemeente Bloemendaal niet zal hoeven groeien naar 100.000 inwoners. Dat willen we ook niet, maar we zullen wel meer en meer gaan samenwerken met andere gemeenten. De “democratische legitimiteit”, de vraag in hoeverre de bewoners van Bloemendaal inspraak hebben via de gekozen raad op de samenwerking, wordt een belangrijk onderwerp. Onze visie is dat we samenwerkingsverbanden aangaan vanuit een gedeelde visie, dat we daarop invloed moeten kunnen hebben, en ons anders beter in de rol van een deskundige inkoper kunnen opstellen. De nieuwe raad mag zich op dit onderwerp de borst nat maken.
De extra taken die we als gemeente krijgen zullen vnl. in regioverband worden uitgevoerd. Maar de gemeente krijgt wel de opdracht om met minder geld uit te kunnen dan het Rijk daarvoor tot haar beschikking had. Daar zit dus de bezuiniging in. Dat kan, als we de integratie van de 1e lijn ook goed inrichten. Ik herinner me nog een bijeenkomst een jaar of 5 geleden waarin de partijen die verantwoordelijk waren voor jeugdzorg nauwelijks of niet konden aangeven wie nu eigenlijk waar verantwoordelijk voor was, en hoe samenwerking zou kunnen leiden tot betere zorg. Vragen hierover werden min of meer chagrijnig afgedaan met de toon van “waar bemoeit een raadslid zich mee”. Ze wezen vooral naar anderen en uiteindelijk naar de gemeente, want die moest vooral bijlappen. Door vanaf 2015 de verantwoordelijkheid bij de gemeente neer te leggen krijgt de gemeente de mogelijkheid deze processen te gaan stroomlijnen en bureaucratische structuren af te breken. En dat zullen we moeten benutten. Dus het zal veel te gemakkelijk zijn om de nieuwe organisatie te vormen door alleen maar het overhevelen van wat er al was. De uitdaging zal erin liggen om een algehele reorganisatie aan te grijpen en bijv. de nieuwe taken te huisvesten in bestaande gemeentegebouwen en ambtenaren opnieuw te laten solliciteren naar de beschikbare functies. Het is volledig ongewenst dat we een regio-organisatie zouden krijgen met stadskantoren en directeuren met een eigen chauffeur. Wat voorop moet staan, is natuurlijk de zorgvraag, dat een ieder de zorg kan krijgen die werkelijk nodig is.
In de folder van het nieuwe bezoekerscentrum van de Kennemerduinen staat “Laat de wind waaien en het zand stuiven”! Dit gaat over het afgraven van duinlandschap om ruimte te maken voor de natuurlijke beweging van de duinen. Als credo is het geen optie voor een behoedzaam en zorgvuldig bestuurde gemeente als Bloemendaal, maar het geeft ook iets aan van: “Kom maar op!”. Achter deze houding kunnen we als VVD staan. Niet alles gaat vlekkeloos, natuurlijk worden er ook fouten gemaakt, maar het oude gezegde “waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt, geen fouten worden gemaakt waar niet wordt gewerkt” is wat ons betreft de spijker op de kop. Kijkend naar de komende periode, als VVD, als optimistische en praktische doeners, zien wij deze met vertrouwen tegemoet.
Peter Boeijink
Fractievoorzitter VVD Bloemendaal
31 oktober 2013